Magazine

Mechaniekers in de modder op WK Veldrijden voor TeamNL Wielersport

januari 2025

De veldrijders van TeamNL starten vol ambitie aan hun wereldkampioenschap veldrijden in Liévin komend weekeinde. De toppers bij de profs hebben allemaal eigen personeel mee, maar de KNWU ondersteunt waar het nodig is met een team mechaniekers en verzorgers. Rob Meeuwessen (ook assistent-bondscoach) en oud-renner Bodi Del Grosso staan gedurende de winter in de post voor de sporters en zorgen ook dat de fietsen rond de wedstrijden piekfijn in orde zijn. De mannen achter oranje dus.

"De routine van het seizoen zorgt ervoor dat we op het WK geen extra stress hebben"

Rob Meeuwessen

Veldrijden is wat begeleiding betreft, best een unieke sport. Want er zijn aan de ene kant zeer veel handen nodig ter ondersteuning, maar die helpers brengen veel sporters zelf ook mee. Toch is het WK een evenement waar de KNWU in de lead is. In de praktijk werkt dat prima en werken alle partijen naadloos samen, zo vindt Rob Meeuwessen. En de geringe afstand naar dit kampioenschap in Frankrijk maakt dat de rol van de bond nu iets kleiner is dan in voorgaande jaren. ‘’Bij vorige WK's, ook bij het WK in Tabor in 2024, laadden we de fietsen al in na afloop van de wereldbeker in Hoogerheide en bleven we tot laat om dat allemaal te realiseren. Maar vanaf Brabant is het nog geen drie uur rijden naar Frankrijk. In feite komt bijna iedereen zelf naar dit WK. We nemen een paar junioren mee en pakken daar de fiets van in, maar al bij al is het voor ons logistiek een vrij eenvoudig WK. Omdat het zo dichtbij is dit keer, komen veel ouders en familie mee om te helpen. Wat wij op dit WK vooral doen is het faciliteren van een grote ruimte in het hotel, een soort mobiele werkplaats, daar zetten we alles neer en we zorgen dat elke categorie zijn eigen plekje heeft. Gedurende de week groeit de hoeveelheid fietsen. We zorgen dat iedere dag - als er gereden wordt - iedereen de juiste fietsen heeft. Die maken we ook weer schoon en als er problemen zijn, verhelpen we die. Dat is altijd in samenspraak met de teams en hun mechaniekers. Zijn er renners die niet gefaciliteerd worden, dan doen wij simpelweg alles. We hebben dan ook alles mee om dat voor iedereen op te kunnen pakken. In feite kunnen we voor alle junioren en beloften alles doen. Bij de junioren is dat ook nog grotendeels het geval, maar zijn er wel vaders die helpen in de post, vanaf de beloften zitten er al veel renners bij teams en hebben dus ook personeel beschikbaar. Bij de elite doen ze alles zelf, maar springen wij bij als dat nodig is. Vorig jaar stond ik voor Lucinda Brand in de post, want die had door omstandigheden een man te weinig. Dat is dan ook geen probleem.’’

Kijken waar het kraantje zit
Meeuwessen schetst de planning voor de komende dagen. ‘’Donderdag gaan we die kant op, aan het einde van de middag zijn we daar. Het heeft nog niet veel zin om te verkennen donderdag, het is voor sommigen pas zondag koers. We gaan dan met de staf en een paar junioren. De beloften komen op eigen gelegenheid ook nagereisd. We hebben de beschikking over een grote parkeerplaats en die vult zich vanzelf en snel. We zijn in Liévin nog nooit geweest. Maar bij het boeken van een hotel, vragen we altijd foto's van de mogelijke werkruimte. Dan weten we hoe groot deze is en of dat voldoende is. Als we daadwerkelijk op de locatie komen, kijken we altijd direct waar het kraantje zit en waar de stroom. En dan beginnen we gewoon met opbouwen van de inrichting van de ruimte. We hebben bij alle wedstrijden gedurende het seizoen dezelfde staf. Dezelfde vier mechaniekers (Falet Visscher, Antoon Schouw en Bodi del Grosso), dezelfde verzorgers. Dus we weten allemaal precies wat we moeten doen. Iedereen gaat ook bij telkens met dezelfde categorieën mee naar de post. We kennen de renners, weten wat ze nodig hebben. De routine van het seizoen zorgt ervoor dat we op het WK geen extra stress hebben. In de voorbereiding vragen we wie er met ons mee gaat wie wat zelf doet en wie iets van ons nodig heeft. En dan regelen we dat.’’

"Op de wedstrijddag ben je bezig vanaf vroeg, vaak beginnen we al tussen zes uur en half zeven"

Bodi del Grosso

Van renner naar begeleider
Bodi Del Grosso was zelf renner. De Drent reed zelfs in het oranje van de Nederlandse ploeg in wereldbekers en kampioenschappen. Nu staat hij aan de andere kant en draagt hij achter de schermen bij aan de successen van oranje. Del Grosso vertelt desgevraagd dat bondscoach Gerben de Knegt hem simpelweg een keer polste. ‘’Gerben vroeg of ik wilde assisteren, toen ben ik een keer mee gegaan. Toen kwam de vraag of ik er niet altijd bij kon zijn. En dus was ik deze winter bij alle wereldbekers waar junioren en beloften ook reden en dus ook op het EK en WK. Ik wist van mijn verleden als sporter wel wat bijvoorbeeld de ouders allemaal doen en al die andere mensen die betrokken zijn bij je prestaties. Dat is ook zeker wat wij vanuit de bond iedereen willen meegeven, ze weten wat we er allemaal voor doen en tonen zich ook zeker dankbaar.’’ We treffen Del Grosso bij de wereldbekerfinale in Hoogerheide. ‘’Vandaag was redelijk rustig. Alle ouders zijn er nu en ontfermen zich over hun kind. We springen alleen bij als dat nodig is. Maar is een wedstrijd verder weg, dan is onze rol groter. Bij de wereldbeker in Besançon eind december zorgden we voor zestien renners. Maar de routine is dezelfde: de renners gaan verkennen, wij maken daarna de fietsen schoon en sleutelen en vervangen waar het nodig is. Maar draaien ook wasjes en zorgen dat de tent er staat van waaruit we werken. En we regelen alles qua logistiek. Op de wedstrijddag ben je bezig vanaf vroeg, vaak beginnen we al tussen zes uur en half zeven. Het begint met alles klaarzetten voor de renners. Dan komen de renners, vaak op de fiets. Dan is het zorgen dat ze kunnen inrijden en schoonmaken van de fietsen. Het hele riedeltje voor elke categorie opnieuw en dan aan het einde van de dag opruimen.’’

Weinig met Tibor te maken
Dat hij de broer van wereldkampioen beloften Tibor is, speelt geen rol in zijn betrokkenheid bij de bond. ‘’Ik heb eigenlijk bij dit werk niet veel met hem te maken, wij richten ons op alle jongeren en besteden vooral veel uren aan diegenen die zelf weinig of geen begeleiding hebben. Natuurlijk vind ik het leuk dat het zo goed gaat met hem, hij doet er ook veel voor. Maar ik vind het ook prima als mensen niet weten dat ik zijn broer ben. Het is zijn carrière, niet de mijne. Ik vind het ook bijzonder als mensen mij gaan feliciteren met zijn prestaties. Daar heb ik niets mee te maken. Hoewel: Ik zeg vaak dat ik hem vroeger vaak gepest heb en dat hij daarom zo goed geworden is. Mar dat is onzin natuurlijk.’’

Wij plaatsen functionele cookies om deze website naar behoren te laten functioneren. Daarnaast vragen we je toestemming om analytische cookies en marketingcookies te plaatsen. Daarmee meten we het gebruik van deze website en kunnen we ons aanbod beter afstemmen op jouw voorkeuren. Deze cookies verzamelen persoonsgegevens. Geef hieronder aan welke cookies je wilt accepteren. Meer weten? Bekijk onze privacypagina.