Annemiek van Vleuten heeft als grote doel op het komende wereldkampioenschap in Yorkshire om haar wereldtitel tegen de klok opnieuw te verlengen. Op een eerlijk en zwaar parcours hoopt ze opnieuw de snelste van het mondiale deelnemersveld te zijn. Maar de Gelderse ziet ook kansen in de wegwedstrijd.
“De regenboogtrui is toch heel bijzonder en wordt heel gewaardeerd in het wielrennen.”
Ze reed in de Boels Ladies Tour haar laatste koers voor het WK. Hoewel ze niet onder stoelen of banken stak graag een nog selectiever etappeschema te hebben gezien, was ze toch blij met deze aanloop in eigen land richting het WK. “Het was een mooie voorbereiding. Het was ook redelijk relaxed omdat ik niet voor het klassement ging, ik kon er elke dag invliegen. De wedstrijd is goed georganiseerd, met goed eten en een goed hotel. En het is leuk om in Nederland te koersen. Verder is het altijd lekker om de bevestiging te krijgen dat je goed van de berg bent gekomen. Al weet ik inmiddels dat die hoogtestage bij mij ‘gewoon’ werkt.”
Tijdrit- en wegwedstrijd als doel
Ze heeft zowel de tijdrit en de wegwedstrijd als belangrijk doel aan het einde van een succesvol seizoen. “De wegwedstrijd zal heel lastig zijn, want deze telt meer dan tweeduizend hoogtemeters. In het begin zitten twee lastige klimmen. Maar als je op de top bent, is het nog honderd kilometer naar de finish. Dat is wel ver. Maar desondanks: het gaat wel in je benen zitten als je 150 kilometer gekoerst hebt op dit terrein. We hebben natuurlijk wel een heel sterk team in de breedte. Waar vorig jaar meer specifieke renners konden winnen, zijn dat er nu meer. Daar ben ik er zeker één van. Ik zie kansen in de wegwedstrijd, maar je weet niet of je de kans krijgt om te winnen. Daarom is mijn voorbereiding op de tijdrit gericht geweest.” Maar de trui winnen op de wegwedstrijd staat wel bovenaan haar wensenlijst. “De olympische titel is niet perse het hoogste doel. De WK-trui is heel bijzonder en wordt heel gewaardeerd in het wielrennen. Het is ook een beetje tegengas van mij hoor, omdat mensen denken dat ik vooral revanche wil op Rio.”
Ze weet wat haar te wachten staat op Britse bodem. “Ik heb eerder dit jaar met de Nederlandse ploeg de verkenning gedaan, in de periode dat ik de Tour of Yorkshire heb gereden. Ik weet daardoor wat ik kan verwachten. De tijdrit is eigenlijk lastiger dan vorig jaar in Innsbruck waar toen vier keer een 500 meter klim wachtte. Nu zit er vier keer een kilometer lange klim in. Net wat steiler, wat lastiger, iets meer hoogtemeters ook. De afstand is ook mooi met dertig kilometer. De nadruk ligt iets minder op de technische aspecten. Wie daar het hardst kan fietsen, gaat winnen.” En ze is er klaar voor. “Ik heb na de Boels Ladies Tour twee weken thuis relatieve rust genomen. Mijn trainer Louis Delahaye zegt altijd dat ik dan de hoogte zijn werk moet laten doen. Ik heb op training echt heel veel gedaan, ik heb gek gedaan. Daarna was het zaak te rusten en het lijf een beetje te prikkelen.”