Ze is met haar 30 jaren ervaren genoeg, maar toch vond ze het de afgelopen jaren vaak moeilijk om keuzes te maken. Ze wilde altijd en overal de strijd aangaan voor de winst. Nina Kessler heeft besloten deze winter minder impulsief en vooral minder belastend in te vullen. Met meer lijn in haar aanloop naar het komende seizoen, hoopt de Noord-Hollandse van Team Tibco zich eerst in het nieuwe wegseizoen en vervolgens ook op de baan nadrukkelijker te tonen. ''Ik wil graag kijken wat Nina Kessler echt kan.''
Ze werkte de afgelopen jaren eigenlijk altijd op gevoel. Ervaring heeft Nina Kessler immers genoeg. ''Ik heb in het verleden wel trainers gehad, maar ik vond het zelf lastig om goede afspraken te maken omdat ik zoveel naast het fietsen deed. Ik ging naar school of ik werkte, ik had soms zes bijbaantjes. Dan wilde ik even niet de fiets op. Ik moet het ook leuk vinden. Als ik om vijf uur moet trainen en het regent, ga ik sowieso liever de volgende dag. Dat wil ik dan zelf besluiten. Ik ben wel heel ervaren, maar ik ben ook heel impulsief. Dat zie je ook in mijn winters. Dan rijd ik weer op het strand en dan op de baan. Ik ga vaak maar door.''
En dat bleek niet de perfecte weg. ''De afgelopen jaren heb ik gemerkt dat ik dan soms op een willekeurig moment instort. Ik ga maar door en op een gegeven moment is het op. Dat kan dus ook net zijn op het moment dat mijn koersen op de weg zich aandienen. Dit jaar heb ik het daardoor even anders aangepakt. Oud-prof Aart Vierhouten helpt mij dit jaar met mijn trainingen en de indeling van mijn wedstrijdprogramma, vooral met de grote lijnen. Mijn probleem is dat ik eigenlijk alle wedstrijden wil rijden, maar daar word je niet beter van.''
''Mijn basis werd nooit goed omdat ik alleen maar hard wilde. Ook buiten het wegseizoen. Vorig jaar won ik zaterdag een strandrace en de dag daarna reed ik het NK ploegenachtervolging. Dat ging allemaal prima. Totdat ik in het voorjaar aan de start stond van de wegwedstrijden, dat ging twee wedstrijden goed en toen was het klaar. Dit jaar heb ik de duurtrainingen opgevoerd. Eén keer in de week mag ik dan hard, dat probeer ik zonder druk, al blijft dat voor mij lastig. Zo ben ik wel mijn doelen gaan stellen.''
Veel vrijheid
Ze reed de afgelopen jaren voor teams als (Boels-) Dolmans, Lensworld, Hitec en nu Team Tibco. Gemene deler was altijd dat ze als renster veel vrijheid kreeg in haar voorbereiding. ''Je spreekt wel altijd af waar je goed moet zijn en wat je taken zijn, maar je overlegt nooit je trainingsgegevens. Ik probeer nu echt een basis neer te zetten met rustige duurtrainingen. Eén keer in de week mocht ik hard koersen. En dan koos ik voor het strand. Een strandrace kun je altijd starten, gaat het goed of gaat het niet goed, je rijdt in je eigen tempo naar de finish. Voor de baan moet je ook serieus trainen om dat beentempo aan te kunnen. Daarom heb ik dit jaar besloten het NK baanwielrennen te laten schieten en november en december niet te veel op de baan te koersen en zo een goede basis neer te leggen.''
''De afgelopen jaren heb ik gemerkt dat ik dan soms op een willekeurig moment instort.''
Die behoefte aan structuur kwam eigenlijk voort uit het vorige seizoen. ''Ik dacht altijd dat de Belgische klassiekers te zwaar voor me waren. Dan zat de Muur van Geraardsbergen in het parcours en dan dacht ik: ik kan dat niet. De Omloop Het Nieuwsblad heb ik tien keer gereden en maar twee keer kwam ik bij de finish. Vorig jaar werd ik door mijn ploegleider Ruud Verhagen gecoacht: 'hier rustig blijven, dan even afzien en daarna weer ontspannen'. En toen zat ik er na de Muur weer bij. Daarna heb ik heel blij gedacht aan uitrijden, dat was voor mij al een verdienste op zich, maar ik moest natuurlijk ook nog sprinten.''
''Ik besefte eigenlijk niet dat ik winnen kon, maar werd wel zesde. Daarom ben ik nu naar het voorjaar aan het toeleven. Met de gedachte 'wie weet wat erin zit als je jezelf daar wel op focust en nu je weet dat je een klimmetje overkomt'. Ook is al besloten dat ik niet in de eerste week weer zes wedstrijden wil rijden. Dat deed ik altijd wel. Gewoon omdat het kan. Ik ga nu een paar wedstrijden invullen. Daar wil ik kijken wat Nina Kessler echt kan in de voorjaarsklassiekers.''
Ook op de baan zijn die ambities er nog best. Ze baalt eigenlijk dat ze dit jaar in de wereldbeker in Parijs eigenlijk niet in haar beste doen was. Terwijl dat ook een soort testmoment was. Met als gevolg dat Amy Pieters nu de belangrijke afspraken aan de zijde van Kirsten Wild de koppelkoersen rijdt. ''Ik baal hiervan omdat er wordt gestreden om plekken voor de koppelkoers. Er is steeds meer concurrentie. Kirsten is op dit moment gewoon super sterk in alle onderdelen, maar een koppelkoers kan je niet alleen. Ik hoopte mij te bewijzen dat ik het in mij heb. In Parijs en Londen ging dat door de planning niet goed. Het is goed dat er concurrentie is onder elkaar, dat maakt elkaar sterker en ik snap ook dat de sterkste renster moet starten op grote toernooien. Maar ik ga zeker mijn best doen om hierbij te horen.''
Liever koersen
Haar valkuil is dat ze meer van koersen dan van trainen houdt. ''Ik kan elke dag een trainingskoers rijden. Met honderd man met 45 per uur, een uur lang in het rond rijden. Het liefst wil ik dan natuurlijk nog de strijd aangaan met de mannen, dat vind ik heerlijk. Lange duurtrainingen in de herfst of winter, daar moet ik me wel toe zetten. Dan moet ik een doel hebben. Als ik op trainingskamp ben, vind ik het juist heerlijk, lang fietsen. Dit najaar heb ik met Kirsten Wild nog een topweek gehad. Meestal gingen we samen en soms apart.''
''We hebben veel gefietst, maar het was ook heel ontspannen. Als we voor het donker terug waren, was het goed. Ik kwam eigenlijk uitgerust terug van trainingskamp. Dat heb ik vaker hoor, want thuis ben ik heel druk. Tussen het werk, fietsen en de sportschool door, zeg ik ook altijd 'ja' als iemand me uitnodigt om langs te komen. Ik ben er nu een aantal maanden goed mee bezig. Een dagje niets doen is dan ook prettig, dan kun je er de hele week weer tegenaan. Ik moet dat eerst meemaken, voordat ik het besef.''
Ervaring overbrengen
Ze kijkt uit naar haar debuut bij Team Tibco. Samen met Rozanne Slik wil ze de Amerikaanse rensters wegwijs maken in Europa. ''Alison Jackson heeft hier al heel goed gereden vorig jaar, maar de meeste andere meiden kennen verder maar een paar koersen. Koersen in Amerika is wel net wat anders. Toen ik over een contract onderhandelde met Tibco, was het doorslaggevend dat wij de Europese wedstrijden goed kennen. Dan sta je vaak al 1-0 voor.''
''Als je een koers bekijkt, dan gebeurt er vaak hetzelfde, het is handig die informatie op voorhand te krijgen. Bovendien zijn er een paar koersen, waar je vooraan moet staan bij de start. In de EPZ Omloop van Borsele kan het na vier kilometer gedaan zijn. Voor dat soort dingen zijn Rozanne en ik gevraagd. Met de lastige koersen bergop kan ik hen helpen in de aanloop naar het klimmen. Ik kijk uit naar de samenwerking.''
''Mijn probleem is dat ik eigenlijk alle wedstrijden wil rijden, maar daar word je niet beter van.''
Eindsprint
Langste training ooit ''Ik ben nooit zo’n type dat een extra rondje rijdt om precies aan de trainingsarbeid te komen. Maar met Boels-Dolmans reed ik ooit op Mallorca een fikse training die langer dan 5 uur en 50 minuten duurde. Ik had nog nooit zes uur gefietst. Toen ben ik nog even op de boulevard heen en weer gaan rijden. Tot verbazing van mijn ploeggenoten. Helaas viel mijn Garmin uit. Dus het is eigenlijk nooit gebeurd, volgens Strava dan. Al waren er gelukkig wel getuigen.''
Scooterrijder ''Het liefst rijd ik een trainingskoers op Sloten in plaats van zo'n scootertraining. Lekker in het zog van de groep. Maar heel soms vraag ik mijn zus of mijn vader of ze met me op pad willen met de scooter. Mijn familie – ook mijn moeder dus – heeft me altijd heel erg gesteund. Ze leven met me mee. En ook deze opoffering brengen ze graag om me te helpen.''
Trainingsuren ''Dat verschilt heel erg. Dat kan variëren van een uur lang uitfietsen tot echt even een lange training maken van vier uur om een goede basis te leggen.''
Zadeltasje ''Ik fiets vaak met iemand anders waarvan ik hoop dat die een pomp heeft, maar neem vaak wel een bandje mee. Denkend: 'Er fietsen vast wel mensen die me helpen'. Is vaak zo, maar ik heb ook wel eens mijn moeder of zus moeten bellen. En als dat eenmaal gebeurd is, heb ik de periode daarna alles weer bij me. Een zadeltasje is wel fijner dan alles in je kleding. Ik heb sowieso altijd pinpas, rijbewijs en wat geld mee.''
Trainen als een brommer ''Ik train wel eens met Niki Terpstra en de anderen van DTS. Die mannen rijden door. En ze wachten op niemand. Ze beginnen vaak met dertig en eindigen met achtendertig. Wel een prima training natuurlijk''
Strava ''Ik vind Strava wel grappig, ik kijk ook wel naar KOMmetjes. Ik heb er zelf één op het Kopje van Bloemendaal. Ik ben niet heel extreem daarin. Maar het is grappig om te zien hoe hard je ergens gereden hebt. Ik volg anderen ook niet zo op Strava, doe meestal mijn ding. Ik kan er niet van wakker liggen wat een ander doet. Ik heb onlangs wel van Kirsten Wild geleerd om rondjes van anderen in je Garmin te zetten. Ik ben niet zo goed in rondjes uitzoeken. Dat vind ik wel leuk, maar ook dan kijk ik meer naar de route, dan naar wat ze hebben gedaan.''