Magazine

"Nu als coach bijdragen aan Nederlands succes”

juli 2019

Loes Gunnewijk (38) was van 2002 tot 2015 zelf actief in het vrouwenpeloton en won onder meer nationale titels op de weg en op de tijdrit, een rit in de Giro Rosa, de Ronde van Drenthe en Omloop Het Nieuwsblad en reed op de Olympische Spelen en op diverse wereldkampioenschappen. Na haar actieve loopbaan werd ze bondscoach bij de KNWU. Sinds dit kalenderjaar heeft de Achterhoekse alle vrouwen categorieën op de weg onder haar hoede. "Voortbouwen op de successen van de afgelopen jaren is belangrijk en een goede doorstroming van talent is daarbij cruciaal."

Het is niet zo dat Gunnewijk tijdens haar loopbaan op de fiets al een heel carrièretraject had uitgestippeld. "Nee, toen was ik vooral bezig om mezelf te verbeteren, al was ik ook koerskapitein bij het team Orica (nu Mitchelton-Scott). Ik stopte dus al wel energie in het bijbrengen van de kneepjes van het vak aan mijn minder ervaren ploeggenotes. Toen ik in 2015 een punt achter het actieve wielrennen zette, heb ik even de tijd genomen om na te denken over de toekomst. Maar toen er een uitnodiging van de internationale wielerbond UCI voorbijkwam me in te schrijven voor een ploegleiderscursus voor de WorldTour, besloot ik spontaan om daarop in te gaan.

Ik kreeg de kans om bij mijn voormalige werkgever Orica ervaring op te doen. Daarna kwam ook het contact met de KNWU. Eerst werd ik bondscoach bij de junior-vrouwen en bij para-cycling, maar ik heb al snel de ambitie uitgesproken om ook met de elite-vrouwen te willen werken. Toen die plek vacant kwam mocht ik deze invullen. Je moet natuurlijk best wel eens een balletje opgooien om een functie te krijgen, maar ik heb wel een aantal kansen gekregen én gegrepen."

Bondscoach

Ze heeft in de loop der jaren als renster veel verschillende bondscoaches meegemaakt. Nu ze zelf die functie vervult, weet ze dat ze toen geen compleet beeld had van de werkzaamheden die bij deze functie horen. "Er komt veel meer bij kijken dan alleen bij de wedstrijden of trainingskampen zelf aanwezig zijn. Als ik met de rensters op pad ben, regel ik op mijn hotelkamer vaak nog tal van andere zaken. Die werkzaamheden zijn heel divers. Ik onderhoud natuurlijk contact met NOC*NSF en de KNWU, bel of mail met de trainers van de rensters over keuzes in het programma en in de voorbereiding op de belangrijke evenementen. Maar je regelt soms ook overnachtingen, hotels en trainingslocaties. Nee, daar had ik toen geen enkel idee van, dat je daar aardig druk mee kunt zijn."

"Er komt veel meer bij kijken dan alleen bij de wedstrijden of trainingskampen zelf aanwezig zijn."

Loes Gunnewijk

Maar ze is heel blij op die manier een aandeel te kunnen leveren in de huidige en toekomstige successen van het Nederlandse vrouwenwielrennen. "Ik heb zelf van veel successen mogen genieten, maakte bijvoorbeeld deel uit van het team toen Marianne Vos olympisch kampioene werd en wil nu als coach mijn bijdrage leveren om met Nederland aan de top te blijven in het vrouwenwielrennen. Daar wil ik met de rensters knetterhard aan werken. Voortbouwen op de successen van de afgelopen jaren is belangrijk en een goede doorstroming van talent is daarbij cruciaal. Daarom vind ik het ook fijn en belangrijk om met de rensters -23 en met de junior-vrouwen te kunnen werken."

Verwachtingen

Elke leeftijdsgroep brengt volgens Gunnewijk ook andere verwachtingen met zich mee. "In de categorie junior-vrouwen ben je aan het opleiden. Je begint dan bij de basis en zorgt dat iedereen zich goed kan positioneren in het peloton, dat ze leren eten en drinken op de fiets en je brengt dingen bij over tactiek. Je hebt andere gesprekken in deze categorie, waarin je de rensters ook de tijd moet gunnen om zich te ontwikkelen. Bij de vrouwen -23 mag je al meer van die basiskennis verwachten, maar is er nog altijd ruimte om te leren en te verbeteren.

Bij de elite-vrouwen zet je als coach meer de puntjes op de i met de selectie en kun je soms samen tot een tactisch plan komen. We staan nu een jaar of tien constant eerste op de landenranking en dat willen we zo houden. We hebben in Nederland een mooi opleidingsklimaat, waardoor onze basis goed is. We hebben vijf UCI-teams, goed opgeleide trainers, een stevige basis bij de clubs en uiteindelijk een goed georganiseerde begeleiding via de topsportselectie. Dat alles maakt dat talenten bij ons naar een hoog niveau kunnen groeien."

Vrouwenwielrennen verder ontwikkelen

Ze is internationaal gezien geen uitzondering als vrouwelijke bondscoach, maar weet zich nog wel altijd omringd door meer mannelijke collega’s. "Ik denk dat het goed en gezond is dat er op een ploegleidersvergadering van wedstrijden steeds meer oud-rensters aanwezig zijn. Deze vrouwen komen uit de sport en kunnen zo het vrouwenwielrennen verder helpen ontwikkelen door hun ervaring over te brengen. Verder denk ik dat het bij coachen vooral gaat om kennis en kunde en niet of je nu een vrouw of een man bent. Van mij hoeven we niet toe naar een honderd procent situatie met alleen vrouwelijke coaches. We zijn nu in een situatie waarin de participatie van vrouwen gestaag zal toenemen. Dat is mooi om te constateren. Ik richt me nu – samen met onze rensters - op het vasthouden van die nummer 1-positie en op het goed opleiden in een veilige setting, waarin talenten zich op een eigen en goede manier kunnen ontwikkelen."

"We zijn nu in een situatie waarin de participatie van vrouwen gestaag zal toenemen. Dat is mooi om te constateren."

Loes Gunnewijk

Vraag Antwoord Loes
Dilemma: In 2020 de vierde wereldtitel op rij of de olympische titel? "Daar ga ik niet tussen kiezen. We zullen altijd inzetten op het hoogst haalbare bij beide wedstrijden. Succes is nooit vanzelfsprekend en het komt zeker niet op bestelling. Ik respecteer de tegenstanders genoeg om te weten dat er strijd zal zijn en weet dat de zege pas op de finishlijn binnen is."
Favoriete fietsbestemming
"Het wielrennen heeft mij op veel mooie plaatsen gebracht. Australië en Italië zijn mij het meest bijgebleven als prachtige plekken om te fietsen. In Italië geldt dat niet alleen voor Toscane, maar ook voor de regio rond Varese."
Minst favoriete sportmaaltijd "Ik kan me een seizoen herinneren dat we maar twee smaken sportrepen hadden voor tijdens de wedstrijd, sinaasappel en citroen. Al voordat het voorjaar voorbij was waren we daar volledig op uit gegeten. En ik eet nog altijd graag pasta, maar mis de Franse variant niet: doorgekookte pasta met droge kip en wat sla."

Foto's: Patrick Post

Wij plaatsen functionele cookies om deze website naar behoren te laten functioneren. Daarnaast vragen we je toestemming om analytische cookies en marketingcookies te plaatsen. Daarmee meten we het gebruik van deze website en kunnen we ons aanbod beter afstemmen op jouw voorkeuren. Deze cookies verzamelen persoonsgegevens. Geef hieronder aan welke cookies je wilt accepteren. Meer weten? Bekijk onze privacypagina.