Met een vierde plek greep Yara Kastelijn afgelopen weekend nét naast de medailles op het WK Gravel in Italië. Natuurlijk was er eerst de teleurstelling, maar inmiddels heeft ze er vrede mee en smaakt de kennismaking met deze nieuwe wielerdiscipline zeker naar meer. Voor haar is en blijft het wegwielrennen de discipline waarop ze de grootste ambities heeft, niet zo vreemd ook na haar schitterende optreden in de Tour de France Femmes. Na een korte vakantie gaat de Brabantse komende winter ook weer crossen. Maar dat zonder veel druk.
"Met een paar weken extra op deze fiets is de winter ook wat minder lang"
Met alles wat ze in zich had probeerde Yara Kastelijn (26) op de laatste klim voor de finish op het WK Gravel de laatst overgebleven concurrentes af te schudden, maar toen dat niet lukte, wist ze al dat een medaille een lastige zaak zou worden. ‘’Ik heb er alles aan gedaan om Demi Vollering en Silvia Persico daar te lossen, maar dat lukte niet en toen bleken die twee anderen net beter uit de verf te komen in de sprint.’’ Omdat Kasia Niewiadoma al solo naar de streep gereden was, stond Kastelijn naast het podium. ‘’Natuurlijk baal je als je er zo dichtbij was, maar aan de andere kant had ik vooraf absoluut getekend voor dit resultaat.’’ Kastelijn reed eerst het EK Gravel in Vlaanderen, maar vond in Italië afgelopen weekend een parcours dat haar nog meer op het lijf geschreven was. ‘’Als klimster kwam ik daar meer tot mijn recht, dat wist ik vooraf ook. Bovendien moet ik het ook van mijn duurvermogen hebben en het WK was natuurlijk bijna vijf uur lang. Wat ik ook prettig vond is dat de mannen de dag erna reden en niet een minuut achter ons startten zoals op het Europees Kampioenschap, dat maakte dat we meer onze eigen wedstrijd reden. Uiteindelijk denk ik dat het parcours zo lastig was dat de sterksten voorin overbleven en dat het uiteindelijk ieder voor zich was. De uitslag paste daar bij.’’
Als renster die op de weg en in het veld rijdt, kan de renster van Fenix-Deceuninck perfect inschatten hoe het gravelen zich verhoudt met beide disciplines. ‘’Ik moet wel eerlijk zeggen dat ik bepaald geen materiaalfreak ben, maar ik weet wel dat de sport het dichtst bij de weg ligt omdat het puur op uithoudingsvermogen aankomt. Een cross is tegenwoordig bij ons maximaal vijftig minuten, terwijl gravelen meer de lengte van een wegkoers heeft. Wel komt er minder tactiek bij kijken dan op de weg. Je hebt zeker wel iets aan je crossskills, met name als het gaat om het aansnijden van de bochten – die natuurlijk vaak ook onverhard zijn – maar in het veldrijden gebruik je wel veel meer techniek. Net als veel anderen vind ik gravelen vooral leuk om te doen als afwisseling na een seizoen op de weg. Met een paar weken extra op deze fiets is de winter ook wat minder lang.’’
"Plezier is het voornaamste en een goede basis leggen voor het komende wegseizoen ook zeer belangrijk"
Kastelijn moet haar precieze plan nog maken voor de komende winter, maar heeft wel in grote lijnen in beeld hoe haar veldritseizoen eruit gaat zien. ‘’Ik neem nu drie weken vakantie en pak dan de training weer op. Dan gaan we ook zitten voor de exacte planning, maar ik verwacht rond de kerstperiode voor het eerst mijn opwachting te maken in het veldrijden en dat ik een cross of zeven, acht ga rijden. Ik start zonder concrete verwachting en zonder druk. Ik wil vooral plezier maken en natuurlijk ga ik niet voor spek en bonen meerijden als ik er ben. Maar ik verwacht ook niet rensters als Fem van Empel en Puck Pieterse te verslaan. Voor mij werkt het best dat ik start zonder er een concrete plek op te plakken waar ik wil finishen als ik van start ga. Plezier is het voornaamste en een goede basis leggen voor het komende wegseizoen ook zeer belangrijk.‘’
Want sinds een aantal seizoenen is haar wel duidelijk dat ze op de weg de grootste ambities mag hebben. ‘’Vorige winter koos ik ook voor een korte winter in het veld en de focus op de weg. Dat heeft goed uitgepakt. Daarom zal ik het nu ook op ongeveer dezelfde manier aanpakken. Dat is een beslissing die ik destijds met mijn baas (Philip Roodhooft, red) en trainer Alex Moen heb genomen.’’ Er waren in het seizoen 2023 al mooie prestaties, zoals een tiende plek in de Waalse Pijl, maar Kastelijns ‘moment of fame’ was toch wel haar ritzege in de vierde etappe van de Tour de France Femmes. ‘’Dat is zeker een voorlopig hoogtepunt in mijn carrière. Ik schat die overwinning ook hoger in dan de Europese titel die ik in 2019 won in het veld. Vrouwenwielrennen op de weg is nog internationaler en de Tour de France Femmes de belangrijkste wedstrijd op de kalender. Daar kijkt de hele wereld naar en daar wil iedereen goed zijn. Dat het me lukte een rit te winnen zegt dan ook wel iets over de vorm die ik had afgelopen zomer. In de aanloop naar de Tour was ik gevallen en de hechtingen in mijn lijf vroegen zoveel van mijn conditie dat het in juni qua uitslagen helemaal niet uitkwam. Maar na een hoogtestage voelde ik direct in de Tour al dat ik superbenen had. Die Tourrit winnen was echt heel mooi, maar het smaakt ook naar meer. Ik hoop ook in 2024 een mooi seizoen op de weg te draaien. En aan het einde wil ik ook weer gaan gravelen, want dat is goed bevallen.’’