We kennen ze allemaal, in het echt of via Strava, de mensen die in vergelijking met andere fietsliefhebbers wekelijks wel héél veel kilometers maken. Soms zijn dat mensen die toertochten rijden, vandaag gaat het om een licentiehouder. Raül Rademakers (21) rijdt wedstrijden voor de Bergklimmers, maar gaat in zijn trainingen wel verder dan veel van de anderen in het peloton. Het meest extreme tot nog toe zijn een uurrecord op de wielerbaan van Geleen en een fietstocht naar Portugal.
"Nog altijd geldt dat ik graag even wat langer op de fiets stap"
Hoewel zijn vader Robert Rademakers hem de koers met de paplepel had kunnen ingieten, bloeide de liefde voor de koers relatief laat op bij zoon Raül. “Ik heb altijd wel gefietst, zat veel op de mountainbike, maar ik ben in 2018 begonnen met wedstrijden rijden. Die zomer heb ik drie koersen gereden en ook reed ik veel op de wielerbaan in Geleen. Ik werd in die eerste periode best vaak in het begin al gelost. Maar ik ben het langzaam gaan opvoeren. Vorig jaar heb ik de beloftencompetitie gereden en ook een aantal topcompetitiewedstrijden kunnen rijden. Dat ging steeds beter. Ik heb lang uitgekeken naar de wedstrijden van dit jaar, om te kijken hoe ik ervoor stond. Met name wedstrijden in mijn eigen regio zoals de Ton Dolmans Trofee en de Hel van Voerendaal waren koersen waar ik hoopte uit te rijden en misschien wel richting de top 40 te kijken. Maar door het coronavirus is dat tot nog toe niet mogelijk. Ik was nog niet uitgeleerd. Ik had mezelf aangeleerd om veel voorin te koersen en dat lukte vaak. Maar ik moest nog wel leren zuiniger met mijn krachten om te springen, ik zat te veel in de wind, voelde me te sterk onderweg en die kracht heb je dan niet meer tot je beschikking in de finale.”
Extremere uitdagingen
Hij ontdekte dat niet alleen het wedstrijden rijden en het trainen daarvoor hem voldoening gaf, Rademakers zocht al snel extremere uitdagingen. “Met mijn vader ben ik in de zomer van 2018 naar mijn opa in Portugal gereden, een rit van 2800 kilometer. Dat vond ik erg leuk om te doen. En nu altijd nog geldt dat ik graag even wat langer op de fiets stap”, aldus de student fotografie. “De meesten houden dat soort dingen niet vol, maar ik zie daar zelfs uitdaging in. Zo heb ik vorig jaar september het uurrecord aangevallen op de wielerbaan in Geleen. Ik kwam tot 46,216 kilometer, dat soort dingen vind ik cool. Ik haal voldoening uit mijn grenzen opzoeken, uren maken, een bepaald wattage trappen dat soort dingen.” Onlangs zat hij nog 300 kilometer (ruim twaalf uur) op de fiets voor een rit.
"Een beetje leuke duurtraining moet toch wel boven de honderdtwintig kilometer uitkomen wat mij betreft"
Liefst in de heuvels
Het liefst fietst de coureur van de Bergklimmers in eigen regio. “In Limburg is het fijn fietsen. Ik kan op drie kilometer van huis al kiezen of ik het heuvelland in ga of een vlak stuk langs de Maas ga opzoeken. Het ligt er dan ook aan op welke doelen ik me richt en of in die wedstrijden geklommen moet worden. Zo kan ik kiezen tussen 100 of 1500 hoogtemeters op een training. Ik rijd wel het liefst in de heuvels, moet ik zeggen.” Hij zocht en vond begeleiding om zijn trainingen wat meer kader te geven. “Mijn vader geeft me altijd wat aanwijzingen. Hij zegt dat ik sterker ben, maar dat hij slimmer koerste. Maar je wilt het soms van je vader minder gemakkelijk aannemen. Dus heb ik ook contact met een kennis om trainingsschema’s voor me te maken, zodat ik echt naar bepaalde wedstrijden toe kan leven.”
In een gemiddelde week probeert Rademakers toch wel minimaal driehonderd kilometer te doen. Maar dat doet hij dus ook wel eens op één dag. “Mensen in mijn omgeving reageren steeds minder verbaasd, soms hoor ik wel dat ze vinden dat ik te gek doe. Maar een beetje leuke duurtraining moet toch wel boven de honderdtwintig kilometer uitkomen wat mij betreft. Op de mountainbike zijn het soms kortere afstanden. Maar ik geef toe: het moet wel te combineren zijn met school en andere activiteiten, het kost natuurlijk wel veel tijd. Maar het scheelt dat ik graag veel en lang fiets. En dat is dus ook zo op het moment dat er niet echt concrete doelen zijn om naar toe te werken. Wel hoop ik weer naar Portugal te fietsen op korte termijn. Ik deed er toen met mijn vader drie weken over, nu is mijn doel om dat deel in 8 á 9 dagen af te leggen. Vervolgens hoop ik dat we in het najaar nog koersen, ik zal zorgen dat ik goed in vorm ben in ieder geval.”
Foto's: Bart Hazen
