Koos Moerenhout heeft bij zijn debuut als bondscoach bij de elite-mannen met Mathieu van der Poel direct één van de favorieten in huis, maar de voormalig prof denkt dat het parcours en het wedstrijdverloop ook andere landgenoten kansen kan bieden in de wegwedstrijd. “We zullen worden geviseerd, het is nieuw om met een favoriet in de gelederen te starten.” Ook op de Team Relay wil hij om de hoofdprijs mee strijden.
"Het is niet echt specifiek voor klimmers zoals vorig jaar in Innsbruck, maar het is ook geen meter vlak."
Slopend parcours
Moerenhout verkende het WK-traject eerder dit jaar en constateert: “Het is een slopend parcours. Het is niet echt specifiek voor klimmers zoals vorig jaar in Innsbruck, maar het is ook geen meter vlak. Er is voldoende mogelijkheid op dit parcours om koers te maken. Ik vind het altijd lastig om het met een andere regio te vergelijken, maar ergens doet het wel aan Limburg denken met het draaien en keren en de korte klimmetjes. Het parcours is 285 kilometer lang. Voordat we op de plaatselijke ronden arriveren, rijden we een lus van 190 kilometer met drie klimmetjes daarin. De wind kan een rol spelen, maar het wordt ook hectisch, want het is draaien en keren en dus zorgen dat je van voren blijft rijden.”
WK-selectie is in evenwicht
De ploeg is evenwichtig in zijn ogen. Heeft één speerpunt, maar biedt wel mogelijkheden voor andere renners. “We hebben een ploeg die alle scenario’s zaken kan rechtzetten. Onze kopman is Mathieu van der Poel, maar je kunt ook een koersverloop bedenken, waardoor andere renners in een kansrijke positie komen. Het parcours biedt mogelijkheden om de koers vroeg open te breken, maar een WK is ook vaak een wedstrijd waarin er gewacht wordt tot het laatste koersuur. Met Mathieu hebben we goede papieren, hij is op dit parcours zeker één van de favorieten. We zullen worden geviseerd. Het is nieuw voor ons om met een favoriet in de gelederen te starten. Maar het is net als met aandelen. Prestaties uit het verleden geven geen garanties voor de toekomst. De renners waarmee we starten kunnen prima uit de voeten op dit rondje. Zonder dat ik helemaal in mijn kaarten laat kijken, zullen er ook renners starten die door de favorietenrol van Mathieu zelf ook in kansrijke positie kunnen komen, maar zeker ook gaan er renners starten die een puur ondersteunende rol krijgen.“
Ambitie voor de Team Relay
Het eerste succes van Moerenhout als bondscoach was het veroveren van de gouden medaille op de Team Relay in Alkmaar, een succes dat hij natuurlijk deelde met vrouwenbondscoach Loes Gunnewijk. “De Team Relay is nieuw, we hebben een meer duidelijker beeld gekregen van wat er belangrijk is om succes te hebben op dit onderdeel. En we waren in Alkmaar succesvol met goud. Het is moeilijk in te schatten of we er op het WK opnieuw bovenuit steken. In Alkmaar startte een beperkt veld en gingen wellicht ook niet alle landen met hun sterkste ploeg van start. Pas als de deelnemerslijsten bekend zijn – waar nu natuurlijk ook andere nationaliteiten bij komen – kunnen we een inschatting maken. En dan eigenlijk ook nog alleen van de individuele kwaliteiten. Maar we hebben de ervaring wel in ons voordeel werken. We rijden toch met een soort van vaste kern, waarbij we bij de mannen met Jos van Emden in de plaats van Ramon Sinkeldam nog wat extra tijdritpower hebben toegevoegd. We doen kortom met ambitie mee en streven naar het allerhoogste, maar het is moeilijk in te schatten welk land daar straks het sterkste totaalpakket heeft staan met een vrouwenblok en een mannenblok.”
Op de individuele tijdrit rekent Moerenhout zich niet bij voorbaat rijk. “Op de individuele tijdrit wordt Tom Dumoulin natuurlijk node gemist, daardoor starten we niet direct met een uitgesproken topfavoriet. Maar Dylan van Baarle en Jos van Emden zijn goede tijdrijders, Ik ben benieuwd waar ze toe in staat zijn in Yorkshire. Het is een lastige tijdrit die globaal in drie stukken in te delen is. Het eerste deel is relatief vlak, in het middenstuk is het draaien en keren en zitten langere klimmen – waardoor je constant uit je ritme bent – en het laatste stuk is dan weer wat meer glooiend. Je kunt op dit traject niet een uur lang op wattages rijden op lange, rechte stukken. Het is een kwestie van draaien en keren en blijven schakelen naar een andere versnelling.”
