Via een houten bruggetje gaan we verder de ongerepte vallei in. Het pad wordt ruwer en ruwer. En steiler. Na iets dat voor een haarspeldbocht door moet gaan, doemt er een muur voor ons op. We naderen de bergkam op 2800 meter waar we overheen moeten, maar zijn er nog niet. Op het puntje van het zadel probeer ik grip te behouden, soms schiet er een steen onder m’n achterwiel weg. Welkom in de BIKE Transalp.
Tijd om om me heen te kijken is er niet, via een vluchtige blik zie ik aan de linkerkant een aantal imposante, besneeuwde bergtoppen. Achter me hoor ik teampartner Bart zwoegen, hij ademt zwaar, is niet helemaal fit. Ik maak me zorgen als ik me realiseer dat we de rest van de rit amper onder de 2.000 meter komen. Zuurstof zal schaars blijven.
De BIKE Transalp is de moeder van alle meerdaagse mountainbikemarathons. In zeven dagen gaat het van het Oostenrijkse Imst naar Arco aan het Italiaanse Gardameer. Daartussen liggen een groot aantal prachtige mountainbikepaden, verdeeld over etappes tussen de 50 en ruim 100 kilometer, in totaal meer dan 15.000 hoogtemeters. De Transalp is een wedstrijd voor duo’s en dat maakt het extra speciaal.
"We móeten hier nog een keer aan de start staan, alleen al voor het ongekend gave parcours."
Bart en ik hebben er naar toegewerkt, maar ons doel (een plek in de top vijftien) gaat in rook op. Bart heeft een pittige verkoudheid te pakken. De eerste twee etappes komen we nog aardig door. Ook de 2.800 meter hoge top in de derde rit (nabij Livigno) bereiken we en ondanks de fysieke tegenslag genieten we van al het moois dat de Transalp te bieden heeft. Zoals de meer dan 10 kilometer lange flowtrail die we na die zware beklimming als beloning krijgen. En de vergezichten, de smalle verlaten paadjes naar boven en naar beneden. Langs afgronden, door bergweiden, kloven en riviertjes.
In de vierde etappe is het genieten over als we via asfalt de beruchte Gavia beklimmen. Bart is op, snakt naar adem en samen gooien we noodgedwongen de handdoek in de ring. Hard, maar het hoort bij sport. In de haarspeldbocht waar hij afstapt kijken we om ons heen en daarna kijken we elkaar indringend aan: we komen hier zeker nog een keer terug. Ik ga alleen en buiten mededinging verder, en kan in de resterende drie dagen alleen maar concluderen: we móeten hier nog een keer aan de start staan, alleen al voor het ongekend gave parcours.
Foto: Robert Niedring