Magazine

RTC Alkmaar - Al 27 jaar een vast gezicht in Sportpaleis

mei 2016

27 jaar. Zo lang staat Herman Schenk al als trainer op de baan van Sportpaleis Alkmaar. Talent opleiden gaat hem dan ook aan het hart. ,,Je moet jezelf altijd blijven ontwikkelen. Alleen dan kun je anderen naar een hoger niveau tillen.”

Een ‘oudgediende’ als Herman Schenk heeft de wereld om zich heen zien veranderen. Er kwamen nieuwe trainingsmethodes, ander materiaal en tal van renners passeerden de revue. Maar terugkijken hoeft niet van hem. Het rijtje toprenners dat onder zijn hoede groot werd, doet hij dan ook af met een gulle lach. Dat hij ooit Niki Terpstra trainde? Klopt, maar ermee pronken doet hij niet. ,,Ik heb er behoorlijk wat voorbij zien komen, ja. Als ze uit Noord-Holland komen, hebben ze sowieso bij mij getraind. Mijn uitgangspunt is altijd geweest: ik hoop dat je er zelf veel plezier aan beleeft en dat je over drie, vier jaar nog altijd fietst. Dat vind ik het allerbelangrijkst. Als ze dan toevallig doorstromen naar de absolute top, heb ik daar misschien één of twee procent aan bijgedragen. Ik ben maar een heel klein schakeltje in dat proces.”
Dat hij nog altijd vol enthousiasme op de baan te vinden is, dankt Schenk waarschijnlijk aan zijn leergierige instelling. ,,Je moet jezelf altijd blijven ontwikkelen. Alleen dan kun je anderen naar een hoger niveau tillen.”

Meer vermogen

Samen met trainers Carolien van Herrikhuyzen (opleider) en Yorick Bos (techniektrainer) vormt RTC Alkmaar-coördinator Schenk een sterk drietal, dat aangevuld wordt met een core/krachttrainer. ,,Ik zeg weleens tegen mijn renners ‘Jullie weten niet hoeveel geluk jullie hebben om bij dit RTC te zitten.”
Op donderdagavond geeft Schenk zelf een belangrijke training met het accent op ‘vermogen’. Cruciaal voor renners die willen doorstromen naar het Nationaal Trainingscentrum. ,,We zijn erachter gekomen dat onze renners redelijk wat vermogen tekort kwamen. Eenmaal overgestapt konden ze het niveau soms simpelweg niet aan, hoorde ik van talentcoach Peter Zijerveld. Dat hebben we nu ondervangen door deze training met meer tempoduur-blokken en minder rust te geven. Daardoor neemt hun belastbaarheid toe.”

Jonge instroom

RTC Alkmaar werkt met twee groepen: een A-groep met talenten die potentie hebben om over te stappen naar de nationale talentengroep op Papendal en een bredere B-groep, waar jongeren aan de onderkant instromen en waaruit talent doorstroomt naar de A-groep. Die instroom is onder meer mogelijk door een samenwerking met het O.S.G. Willem Blaeu, een zogeheten Topsport Talentschool of ‘LOOT school’. ,,Vroeger kon je alleen vanaf de nieuwelingen bij ons komen, maar ik heb mijn nek uitgestoken en neem ook jongere renners op in mijn groep. Ze zitten dus niet in het RTC zelf, maar krijgen wel gestructureerd training. Ieder op zijn eigen niveau.”
‘s Zomers volgen zijn talenten een wegprogramma, maar ook dan houdt Schenk een oogje in het zeil. In die maanden organiseert hij elke week een verplichte baantraining. Dankzij Mark Cavendish is uitleg over het belang van zo’n training overbodig. ,,In aanloop naar Rio trainde hij veel op de baan. Vervolgens won hij prompt weer vier massasprints in de Tour de France. Snelheid en souplesse moet je gewoon bijhouden.”

Ruwe diamanten

Welke talenten er in de toekomst internationaal zullen schitteren, valt natuurlijk nog niet te voorspellen. Wel is duidelijk dat RTC Alkmaar uit een gretige groep renners bestaat. Schenk: ,,Op het NK Teamsprint en het NK Achtervolging pakten onze renners de meeste prijzen. Dat viel enorm op.” Door zijn ervaring als trainer beschikt hij inmiddels over een echt ‘oog van de meester’. Talentvolle baanrenners pikt hij er zo tussenuit. ,,Bij de vrouwen komt Maud Reinbeek eraan. Zij kreeg van de KNWU als eerste categorie 7-renster ooit de status van belofte. Ze is haar jaargenoten dus ver vooruit.” Schenk geniet zichtbaar als hij over dergelijke ruwe diamanten praat. ,,Eva Bijwaard is er nog zo een. Toen zij hier voor het eerst op de baan trainde, stond ik verbaasd te kijken. ‘Wat is dit hier?’, dacht ik direct. Inmiddels traint ze al op Papendal.”
Zodra de knappe prestaties van zijn renners ter sprake komen, haast Schenk zich om te zeggen dat dit slechts bijzaak is. ,,Ons doel is de opleiding van goede renners en rensters. Plezier staat daarbij voorop. Je ziet dat deze aanpak op de lange termijn succes oplevert.”

Verloren talenten

Nederland spreekt sinds enkele jaren internationaal weer een aardig woordje mee op de baan. De komst van RTC’s heeft daar een belangrijke bijdrage aan geleverd, denkt Schenk. ,,Dankzij deze structuur kunnen we de talenten die gemotiveerd zijn om verder te komen beter volgen en adviseren. Dat is een hele tijd onderbelicht geweest in Nederland, tot we op een gegeven moment helemaal geen toestroom meer hadden. Ik weet honderd procent zeker dat er in die jaren helaas veel talent verloren is gegaan voor de baansport. Voor tal van renners en rensters voelde het alsof ze aan hun lot werden overgelaten.”
Mede door die ervaring mogen Alkmaarse RTC-renners - normaal gesproken alleen nieuwelingen en junioren - zelfs als belofte nog meetrainen. ,,We laten ze niet vallen en proberen ze nog wat mee te geven. Zo houden ze plezier in hun sport.”
Met niet minder dan tien Regionale Trainings Centra voor verschillende sporten is Alkmaar misschien wel de ‘Talenthoofdstad’ van Nederland. Handig, die verschillende talenten op één plek want ook zo wordt voorkomen dat talent verloren gaat. ,,In het schaatsen ligt de lat bijvoorbeeld enorm hoog, waardoor doorgroeien niet altijd mogelijk is”, legt Schenk uit. ,,In plaats van te stoppen met sporten, zeg ik, ‘Kom het hier maar eens proberen’.

Wij plaatsen functionele cookies om deze website naar behoren te laten functioneren. Daarnaast vragen we je toestemming om analytische cookies en marketingcookies te plaatsen. Daarmee meten we het gebruik van deze website en kunnen we ons aanbod beter afstemmen op jouw voorkeuren. Deze cookies verzamelen persoonsgegevens. Geef hieronder aan welke cookies je wilt accepteren. Meer weten? Bekijk onze privacypagina.