Lucinda Brand mengt zich nog maar twee seizoen écht serieus tussen de toppers in het veld in de winter. In die tijd veroverde de renster van Team Sunweb al twee zilveren EK-plakken en een nationale titel. Bovendien was ze vorig jaar in Bieles vierde op het wereldkampioenschap en werd ze diezelfde winter eveneens vierde in de wereldbeker in Valkenburg. De inzet voor het komende WK in hetzelfde Limburg is een medaille. “Maar ook daar start ik om te winnen. Omdat ik geloof dat het mogelijk is en altijd voor het hoogst haalbare ga.”
Het was niet alsof Brand vorige winter uit het niets opdook in het veld. Al lang voordat ze bij de elite-vrouwen ging koersen, was ze tussen twee wegseizoenen in de regionale crossen te vinden in het shirt van wielervereniging De Mol. “Om bezig te blijven, maar ook omdat ik het leuk vond” haalde Brand herinneringen op nadat ze nationaal veldritkampioene werd in Surhuisterveen. “Toen ik bij de wielerploeg van Leontien van Moorsel kwam, werd me gevraagd daarmee te stoppen. Bij Rabobank reed ik vervolgens altijd weer voor een korte periode in het veld, zoals Anna van der Breggen dat nu doet. Dat smaakte al naar meer, maar de weg ging wel altijd voor. In de aanloop naar de winter 2016/2017 heb ik bondscoach Gerben de Knegt gepolst hoe ik meer werk van de combinatie weg en veld kon maken. Samen hebben we toen gekeken naar verbeterpunten en naar het programma. Ik ga nu altijd na het wegseizoen in het veld door tot en met het Europees Kampioenschap eind oktober/begin november. Daarna is er even een rustperiode en aandacht voor de wegtrainingen. Begin december keer ik dan terug en ga ik door tot en met het wereldkampioenschap. Sunweb steunt me in dat plan, maar de voorwaarde is wel dat het ook goed uitpakt voor mijn wegcampagne. Vorig jaar reed ik sterk in het veld en won ik pal daarna de Omloop Het Nieuwsblad. De kracht van de combinatie werkte dus.”
"Ik leer nog steeds bij en dat is zeker ook één van de extra charmes van het crossen"
Techniek wordt beter
De afgelopen winters werkte ze hard aan haar techniek. Onmisbaar om mee te doen voor de prijzen op de internationale parcoursen, voornamelijk in Vlaanderen. “Bijna wekelijk bezoek ik de training in Alphen, waar bondscoach De Knegt een traint geeft. En soms probeer ik een extra techniektraining te doen bij mij in de buurt. In Bergschenhoek ligt een mooi trainingsparcours waar ik zelfs de schuine kanten kan oefenen. Ik zal misschien niet snel de routine krijgen die iemand als Sanne Cant heeft, die al zoveel langer op hoog niveau in het veld actief is. Maar ik ontwikkel me wel. Het is dus ook niet zo dat ik alleen maar in Surhuisterveen Nederlands kampioen had kunnen worden, waar veel lange rechte stukken en behoorlijk wat verhard wegdek in het parcours waren opgenomen. Ik denk dat ik met topklasseringen in tal van internationale crossen wel heb laten zien dat ik ondertussen het veldrijden aardig onder de knie heb. Ik leer nog steeds bij en dat is zeker ook één van de extra charmes van het crossen, ik kan me zelf nog blijven ontwikkelen in deze tak van de wielersport.” Tussendoor vertrekt ze regelmatig op trainingskamp met Team Sunweb om aan de basis voor het wegseizoen te werken. “Maar ik denk dat dit me ook in het veld extra power geeft. Ik mis daardoor alleen soms wat specifieke crosstraining in de aanloop naar een volgende cross.”
"Ik geloof dat het mogelijk is en altijd voor het hoogst haalbare ga."
Hoogst haalbare
Dit seizoen was Brand weer net iets succesvoller dan het jaar ervoor. De klassering op het Europees Kampioenschap was dezelfde: tweede. Vorig jaar op respectabele achterstand van Thalita de Jong, dit jaar na een spannende sprint achter Sanne Cant. Dit soort uitslagen en het behalen van de eerste échte prijs in het veld – de nationale titel – geven Brand veel vertrouwen richting het wereldkampioenschap in Valkenburg. “De Cauberg Cyclo-Cross was vorig jaar de eerste wereldbeker die ik reed en ik werd er direct vierde. Dat is wel een prestatie die mij motiveert richting het WK op grotendeels hetzelfde parcours. Maar dat geldt ook voor de vierde plek die ik vorig jaar behaalde op het wereldkampioenschap in Bieles (Luxemburg). Ik was daar al heel dichtbij een prijs.” De inzet voor het komende WK in hetzelfde Limburg is een medaille. “Maar ook daar start ik om te winnen. Omdat ik geloof dat het mogelijk is en altijd voor het hoogst haalbare ga.”